Een beetje dom
Zaterdag 17 augustus jl. verscheen een interview met mij opgetekend door Anne Kompagnie in het AD Den Haag. In dit interview vertel ik over mijn persoonlijke achtergrond, mijn relatief late coming out en onze mooie vereniging waar ik sinds 24 juli voorzitter van mag zijn.
Ik heb in dat interview een aantal persoonlijke ontboezemingen gedaan, zoals voor het eerst publiekelijk vertellen over het overlijden van mijn vader toen ik zes jaar oud was en het verdriet dat in mijn tienerjaren volgde. En ik heb mijn waardering en respect voor mijn moeder uitgesproken, dat ik ondanks zijn overlijden, nooit wat tekort ben gekomen.
Maar ik heb ook een paar stevige uitspraken gedaan: mijn overtuiging dat we activistischer mogen zijn, mijn teleurstelling als trotse lhbti-er van deze stad over het afgelasten van de Pride Walk door de harde wind en mijn ambities om het COC inclusiever en diverser te maken.
Ik heb in het interview met zelfspot de term ‘nichtenclub’ gebruikt. En al benadruk ik dat het om zelfkritiek en zelfspot ging, dus ook naar mijn eigen persoon toe, ik begrijp dat niet iedereen die interpretatie of opvatting deelt. Sommigen voelen zich gekwetst door die opmerking. Dat is en was niet mijn bedoeling en ik wil daar mijn verontschuldigingen voor aanbieden.
Tegelijkertijd zeg ik jullie dat ik vind dat we in een open en democratische samenleving wel alles tegen elkaar moeten kunnen zeggen, en ongemakkelijke boodschappen of meningen onderdeel zijn van een gezond debat. Maar ik besef me ook dat ik in mijn rol als jullie voorzitter nog eens tien seconden extra moet nadenken over mijn woordkeus. Dat zal ik vanaf nu proberen te doen.
De Pride Walk die we jaarlijks als COC organiseren is mij zeer dierbaar. Ik heb in het buitenland, en sinds mijn terugkeer naar Nederland, geen Walk overgeslagen. Ook niet in Split, Kroatië, waar in 2009 de stenen tegen ons hoofd vlogen. Ook niet in Buenos Aires, waar we tot in de late uurtjes de invoering van het homohuwelijk vierden en ook niet in Sao Paulo, waar we als community opstonden tegen de homofobe uitspraken van (toen nog kandidaat) president, Jair Bolsonaro van Brazilië.
Maar mijn persoonlijke teleurstelling over het afgelasten van onze Walk mag het harde werk en de hondsmoeilijke afweging van de organisatie niet overschaduwen. We kunnen van mening verschillen over de keuzes op dat moment, maar niet over de veiligheid van de deelnemers. Dat snap ik, en ik noem het ook in het interview, maar ik benadruk het graag nog eens. De inzet van onze vrijwilligers en organisatie voor de Walk kunnen altijd rekenen op een warme plek in mijn hart.
Tenslotte die andere Pride, The Hague Pride om precies te zijn. Daar heb ik het met de journalist niet over gehad. Ik ken de organisatie persoonlijk niet goed en ik vind dat ik dan geen recensie kan afgeven, noch een oordeel vellen, over de keuzes die andere lhbti-organisaties maken. Ik kan alleen wat vinden van het COC en onze activiteiten tijdens de Pride. Wél weet ik dat heel veel Hagenaars, lhbti én hetero, terecht de inzet van The Hague Pride en haar organisatoren enorm waarderen.
Ik vind het bijzonder spijtig en vervelend dat er een ander beeld is ontstaan bij de organisatoren van The Hague Pride naar aanleiding van mijn uitspraken en leg ze dat graag persoonlijk uit. Niemand in deze stad twijfelt aan de bruisende kracht van The Hague Pride. Ook ik niet.
Samen staan we sterk. Dat is het motto van het COC en dat beleef en voel ik ook zo. In Den Haag zijn legio aan organisaties, personen en ondernemers die de emancipatie en onze community dagelijks sterker maken. Ik hoop de komende tijd met al die Haagse kanjers kennis te maken, zodat we samen onze stad keihard op de kaart zetten en koploper worden op het gebied van lhbti-acceptatie, emancipatie en veiligheid.
Zaterdag was ik een beetje dom, zoals Máxima zou zeggen. Maar ik leer snel en we gaan samen strijdbaar voorwaarts.
Hartelijke groet en heb alvast een fijn weekend,
Peter Scheffer, voorzitter COC Haaglanden
Op deze post kun je niet reageren